Villen : v. tr. Strip zijn huid (een lijk), villen. Villen un konijn.
In het verleden werden bepaalde criminelen levend gevild.
Gevild. Hij schreeuwt alsof hij gevild wordt, heel hard. Hij schreeuwt voordat we hem villen, om
Helemaal niets.
Verwonding door oppervlakkig in de huid te snijden: krabben, krabben, ontvellen, krabben.
Begin oppervlakkig, schraap.
Deze wijn schraapt de keel: schrapen, raspen.
Dissonante geluiden die de oren raspen.
Vervormen, verkeerd uitspreken: kreupel maken.
Hij krast alle eigennamen. De Fransen villen.
Laat (een klant) te veel betalen: stempel erop, pers het af.