Proliferatie: nf (woord komt van prolifereert). Het woord "proliferatie" heeft verschillende betekenissen: 1. Plantkunde: Uiterlijk […]
Botanische termen
verspreidt zich
Prolifereert: bn. (woord komt van het Latijnse proles "afstammeling" en -broer). In de botanie woekert een bloem, waarvan de as, […]
invasief
invasief: bn. (woord komt van invasie). Het adjectief "invasief" heeft verschillende betekenissen: 1. Plantkunde, zoölogie: soorten […]
Haven
Poort: nm (woord van poort). In de botanie: de gewoonte is de natuurlijke algemene vorm van een plant. DE […]
haaien
Haie: nf (woord komt uit het Frankische hagja). Het woord "haag" heeft verschillende betekenissen: I) 1. Hek […]
bovenkant
Cime: nf (woord afkomstig van het Latijnse cyma "groeit"; Griekse kuma "dat wat gezwollen is"). […]
Polyakeen
Polyakène: nm (woord komt van poly- en achene). In de botanie is een polyakeen een ondoordringbare vrucht met meer dan […]
Schermbloemig
Schermbloem: bn. en nf (woord afkomstig van anter van het Latijnse umbella en -fère). Bijvoeglijk naamwoord: Wie draagt […]
Naald
Conifeer: (woord komt van het Latijnse conifeer, van conus “kegel” en -fère). Het woord "naaldboom" betekent [...]
Semis
Zaaien: nm (woord komt van zaaien). Het woord “zaailing” heeft meerdere betekenissen: 1. Plant afkomstig uit […]
Clearing
Clearing: nf (woord van duidelijk). Een open plek is een plek zonder bomen in een bos, een bos ( […]
Bosje
Bosquet: nm (woord afkomstig van het oude Occitaanse bosquet, verkleinwoord van bosco "hout", van dezelfde oorsprong als hout). […]
Inselberg
Inselberg: nm (woord komt uit het Duits, van Insel "eiland" en Berg "berg"). Een inselberg is […]
loge
Loge: nf (woord komt uit het Frankische laubja). In de botanie bevindt zich een loge in het androecium (reeks mannelijke vruchtbare delen van […]
flexibel
Flexibel: bn. (woord komt van het Latijnse flexuosus, van flectere "buigen"). Het bijvoeglijk naamwoord "buigzaam" kwalificeert iets […]
Herbal
kruiden: bn. (woord komt van gras). Plantkunde: met betrekking tot of met betrekking tot het kruid. Kruiden bladeren. […]
Floraison
Bloei: nf (woord afkomstig van de reparatie van fleuron, bloeiend, van het Latijnse flos, floris “bloem; beste deel […]
Vruchtbaar
Vruchtbaar: bn. (woord van het Latijnse fertilis). Het bijvoeglijk naamwoord “vruchtbaar” heeft meerdere betekenissen: 1. Wat veel […]
exercitie
Exsert: bn. Exsert is wat buiten een element uitsteekt. In de biologie wordt een orgaan uitgeoefend wanneer […]
Bosje
Tuft: nf (waarschijnlijk afkomstig van de oude Alemannische Topf). Het woord "plukje" heeft verschillende betekenissen: 1. […]
spanning
Strain: nf (woord komt van het Gallische sukka; van het Duitse Stock "stick"). Het woord "spanning" […]
Polyembryonie
Polyembryony: Polyembryony wordt gedefinieerd als de vorming van ten minste twee (of veel meer) levensvatbare embryo's uit één […]
Biologisch
Organisch: bn. (woord van het Latijnse organicus). Het bijvoeglijk naamwoord "biologisch" heeft verschillende betekenissen: 1. Wat verband houdt met […]
Compost
Compost: nm (Engels woord, van de Anglo-Normandische compost "samengestelde meststof"). Compost is het product van […]
Weelderig
Weelderig: bn. (woord komt van het Latijnse luxurians, p. press. of luxuriare). 1. Wat groeit, ontwikkelt zich met opmerkelijke […]
Zelf-incompatibiliteit
Zelf-incompatibiliteit: Bij angiospermen is zelf-incompatibiliteit een mechanisme dat zelfbevruchting binnen een bloem voorkomt, tussen bloemen van dezelfde plant, […]
Struik
Struik: nm Een struik is een houtachtige plant van klein formaat, vertakt vanaf de basis. Bossige struik (struik). Kleine […]
Terre
Aarde: nf (woord van het Latijnse terra). Het woord "aarde" heeft vele betekenissen: I) […]
roeier
rameux: bn. (woord komt van het Latijnse ramosus, van ramus: takken). Plantkunde of literatuur: die heeft veel […]
weiland
Grazen: nm (woord komt van grazen). Het woord “weiden” heeft twee betekenissen: 1. Recht op grazen […]