Wanhoop: werkwoord (woord afkomstig van dobbelsteen- en hoop).
Het werkwoord ‘wanhopen’ heeft verschillende betekenissen:
I)
1. Indirect transitief werkwoord: wanhoop van: de hoop verliezen in.
– Citaat van de Franse schrijver Jacques-Bénigne Bossuet (1627-1704): “Wij hebben nooit aan zijn woord getwijfeld, noch aan zijn clementie gewanhoopt”.
Wanhopig om iets te doen.
Wij wanhopen dat we daar ooit heen kunnen.
Hij wanhoopt er niet aan om op een dag te slagen.
Literatuur: Wanhoop dat… (en de aanvoegende wijs).
Wij mede...
Hallo,
U moet abonnee zijn om de rest van dit artikel, de links en de afbeeldingen te lezen.
Het abonnement op de volledige lezing van de site kost 1 €uro per maand, zonder enige verplichting.
Als je al een lopend abonnement hebt, log dan in via onderstaand formulier.
Anders kan je abonneer je hier.