Doen : v.tr. Buiten jezelf realiseren (een stoffelijk iets).
Het doen met zuring (la): een grap maken met slechte smaak, een slechte aanklacht, iemand belachelijk maken.
Ballonvaren: honger hebben.
Teken een blanco: mis een vrouw.
Je kreeft koken: blozen van emotie of iets anders. We zeggen ook wel "om je rivierkreeftjes te koken". Synoniem van pique son far.
Ontvet worden: vrijen.
Pannenkoeken bakken: veel plezier zoals het traditioneel is bij Mardi-Gras (kunstenaarsjargon).
Wafels maken: zoenen tussen hagelstenen.
Broodjes maken: vrijen met aanraken
Broodjes maken: manieren maken. Doe een mysterieus air aan om met iemand te chatten, zeg niets tegen hem en het lijkt alsof je met hem over interessante dingen praat. Een vrouw het hof maken is warme broodjes bakken.
Dronken maken, ze vullen: dronkaards beroven. De variant is: doe het pater François aan. De dieven schudden de dronkaard in slaap op een bank.
Maak gefrituurde karperogen: omlijn de ogen als mensen die bezwijmen.
Haringogen maken: iemands ogen uitsteken (dievenjargon).
Spek maken: slapen; in bed liggen. Ga spek maken. Ga naar bed.
Talg maken: valsspelen (Grieks jargon).
Vuren: drinken (jargon van de vrijmetselaars, die kanonnen hebben voor glazen).
Vuur je tanden: eet gulzig. (XNUMXe eeuw.) Een zeer schilderachtig beeld dat tegenwoordig niet meer wordt gebruikt.
Om het oog van karpers te maken: de pupil met een smachtende lucht spelen, oplichten, ofwel de mannen als men een vrouw is, of de vrouwen wanneer men een man is.
De grote drank spelen: moord (jargon voor dieven).
In de rij staan voor cervelas (gevangenistaal). De veroordeelde man die al meer dan een jaar in de gevangenis zit, zit zijn straf uit in een centraal huis, waar het hem tijdens de uren van zijn wandeling verboden is te gaan zitten en te spreken. Ze volgen elkaar in een enkele rij door het erf: dat noemen ze in de rij staan.
Doe de schildpad: snel. We kennen de nuchterheid van de schildpad.
Maak de ezel van een kip: maak een pruillip door de lippen naar voren te schuiven en erop te drukken.
Prei doen: lang wachten op iemand, als de persoon niet komt, wordt degene die wacht daar geplant om weer groen te worden.
Geef de smaak van brood door: vermoord iemand. Er wordt ook gezegd dat het "de smaak van brood verliest", om te sterven.
Peper verpletteren: iemand meerdere keren neerslaan, zo zwaar als een stamper laten vallen.
Maak een peer: maak manieren, sprekend over een vrouw die aarzelt om zich te laten neuken. Vind nooit iets goeds; stel je voor dat je boven alles en iedereen staat. Moeilijk zijn.
De kurk knallen: een man aftrekken, of seks met hem hebben (waardoor natuurlijk sperma gaat ejaculeren).
Van iets een feest maken: er plezier in hebben, er genoegen mee doen.
Je gerst maken: illegale winst maken.
Maak je eigen boter: verdien geld.
Doen Zwitserland: alleen drinken.