Oplichting : nf Ondergrondse knol die de bak vormt van bepaalde paddenstoelen en die een zeer gewild gerecht vormt.
Grote en ronde neus in de vorm van een snuit, afgeplatte dronkaardsneus
Truffel: Naïef, dom.
Met truffels! keurig
Wat een truffel! : Idioot, imbeciel.
Arme truffel : arme idioot.
Je houdt me voor een truffel : voor een dwaas.
Je truffel plaatsen waar hij niet hoort: misplaatste nieuwsgierigheid.
Neus: grote neus. Je hebt de truffel gezien waar hij voor betaalt!
Marseille truffel: knoflook.