geklets : nm (woord uit het Oudfrans brabbelen ; van geest" mond wat betekent "onachtzaam spreken".
Praatzucht neigt te overtuigen, te bedriegen of te bedriegen.
Heb een babbel, een goede babbel.
Citaat van de Franse schrijver Louis-Ferdinand Destouches alias Céline (1894-1961) "Het kan me niet veel schelen dat mensen Ferdinand zeggen dat hij gek is, hij weet meer, hij deblokkeert de koe, hij dronk, zijn geklets walgt van ons, hij heeft niet langer een woord van redelijk!. " in Kleinigheden voor een bloedbad - 1938.