Smaak: v. tr. Drink of eet met veel plezier. Om te genieten (een drankje, een eten).
Een echte straf ondergaan.
Slagen proeven (ophalen, klappen opvangen, ondersteunen).
Wat hebben we geproefd! : Wat hebben we gedaan (sport).
Heb ergens pijn: wat proef ik!