Kauw: v.tr. (woord afkomstig van het keizerlijke Latijnse masticar).
“Kauwen” is knarsen, verpletteren met de tanden, door de beweging van de kaken, alvorens te slikken (of te slikken).
Kauwen op brood, vlees.
Ook wel kauwen genoemd.
Opnieuw kauwen is opnieuw kauwen. Herkauwers kauwen het ingeslikte gras weer op.
Gerelateerde artikelen:
Kauwen volgens het Woordenboek van wijn en wijnstokken
Zie ook Kauwen onder de mond jargon....
Hallo,
U moet abonnee zijn om de rest van dit artikel, de links en de afbeeldingen te lezen.
Het abonnement op de volledige lezing van de site kost 1 €uro per maand, zonder enige verplichting.
Als je al een lopend abonnement hebt, log dan in via onderstaand formulier.
Anders kan je abonneer je hier.