Zoet: bn. "Zoet" betekent een zwakke of zoete smaak hebben (in tegenstelling tot bitter, zuur, sterk, scherp, enz.).
Zoet als honing. Amandelen, sinaasappels, zoete appels. Spaanse peper of paprika, milde mosterd (of milde smaakmaker). Jam.
We zeggen ook zoetig, suikerachtig, misselijkmakend, flauw.
Zoete wijn: term die wordt gebruikt voor zoete wijnen (in tegenstelling tot droge, rauwe wijn).
Bij het koken wordt zoetheid geleverd door stoffen die het gerecht een zoet karakter geven.
Ongezouten voedsel: ongezouten boter.
Zoetwater (...
Hallo,
U moet abonnee zijn om de rest van dit artikel, de links en de afbeeldingen te lezen.
Het abonnement op de volledige lezing van de site kost 1 €uro per maand, zonder enige verplichting.
Als je al een lopend abonnement hebt, log dan in via onderstaand formulier.
Anders kan je abonneer je hier.