Margolette : nf (woord uit het Latijn gulzigheid « mond en mompel "vies eten").
Mond, lippen, mond, gezicht.
Laat je margoulette schoppen: laat je mond schoppen.
Margoulette scheef, slecht uiterlijk, vermoeid uiterlijk.
Maak de margoulette ontwricht, raak het gezicht.
De uitdrukking "(Se) casser la margoulette": (Se) casser la figure - Vallen, vallen (alleen in de voornaamwoordelijke vorm).
Iedereen met nauwelijks scherp inzicht zal voor zichzelf de overeenkomst in vorm hebben gezien tussen (val neer), waarvan het beeld volkomen duidelijk is, en (om) de margoulette te breken eerder naar de mond of de kaak verwezen. Dan, bij uitbreiding, duidde het woord het gezicht of de figuur aan. Dit stelt ons in staat om de ingebeelde synoniemen te vinden. Natuurlijk, hier het woord margolette, zoals het woord figuur, is slechts een afbeelding om de hele man aan te duiden, want als hij valt of een pak slaag krijgt, is het niet noodzakelijk het gezicht dat de klappen opvangt.
Er wordt ook gezegd van iemand die zelfmoord pleegt dat hij "zijn margoulette blaast".