honingzoet : bn. « honingzoet kwalificeert iemand of iets dat een aangetaste zoetheid heeft (synoniemen: zoetig, suikerachtig, honingachtig).
Lieve woorden en zinnen. Lucht, toon, honingzoete glimlach (hypocriet, zalvend).
– Citaat van de Amerikaanse schrijver van Duitse afkomst Henry Charles Bukowski (1920-1994) uit de roman De postbode :
“Ik heb vrienden in de buurt. Ze zien wat er gebeurt. »
"Laten we het over vrienden hebben. Niets dan honingzoete roddels. »
Voir aussi honingzoet onder de Dictionary of Wine and Vine.