Nieuwigheid : nf (woord afkomstig van nieuwigheid, van Nieuw).
Het woord "nieuwigheid" heeft verschillende betekenissen:
1 Karakter van wat nieuw is. Mode die bevalt door zijn nieuwigheid.
Vooral: Originaliteit.
2. Absoluut: wat is? Nieuw. Liefdevolle nieuwigheid.
De charme, de aantrekkingskracht van nieuwigheid.
3. Een, nieuwigheden: nieuw ding.
Hé, rook je niet meer? Het is een noviteit!
Dit is niet nieuw! dat wisten we al.
Special Doctrine, instelling, nieuwe praktijk (religieus, moreel, politiek) in tegenspraak met traditie, ontvangen ideeën (innovatie).
Conservatieve geest vijandig tegenover nieuwigheden.
Nieuw werk dat net is uitgekomen, om vertegenwoordigd te worden.
Nieuws aangekondigd onder de kop: “Zojuist gepubliceerd”.
4. Oudere zin: nieuwe productie in de mode-industrie.
Nieuws van voorjaar, inwinter.
Nieuw binnen, modewinkel.
Collectief: Nieuwigheid: de industrie en handel van nieuwigheden.
Tegenstellingen van nieuwheid: anciënniteit, oudheid, archaïsme; banaliteit, cliché; Op maat ; oude spullen.