Een kaas: een massa gevormde kaas, gepresenteerd in een bepaalde vorm.
Kaas maken: stremsel, stremmen, uitlekken, gieten, ontvormen, zouten, raffineren (kaas, fruit, fruit).
Kaas (melk) van koe, geit, schaap, kameel, jak, etc.
Kaas is rijk aan calcium. De korst, het deeg...
U moet abonnee zijn om de rest van dit artikel te lezen.
Als je al een lopend abonnement hebt, log dan in via onderstaand formulier.
Anders kan dat abonneer je hier.